Nieuwe bouwwetgeving
Op 1 januari 2021 treedt naar verwachting de Omgevingswet in werking. Hoewel het wetgevingsproces nog volop in ontwikkeling is, wordt wel steeds duidelijker wat de wet gaat betekenen voor de bouwpraktijk.
Ga je bouwen en heb je daar een omgevingsvergunning voor nodig, dan heeft de nieuwe wet invloed op hoe je dat aanpakt. Een voorbeeld: voor het bouwen van een nieuwe woning is nu een omgevingsvergunning nodig. Bij de aanvraag moeten allerlei gegevens worden ingediend (over o.a. het uiterlijk van de woning, de constructie, brandveiligheid, daglicht, ventilatie, en energiezuinigheid). De aanvraag wordt door de gemeente beoordeeld. Die kijken of het bestemmingsplan de bouw van de woning toestaat, of er aan de redelijke eisen van welstand wordt voldaan en of de woning voldoet aan de technische eisen van het Bouwbesluit. Als de aanvraag aan al deze criteria voldoet, wordt de omgevingsvergunning verleend.
Dit wordt straks anders. Waar nu met één vergunning toestemming kan worden verleend om een woning te mogen bouwen, zijn er straks misschien twee vergunningen nodig. Een ‘technische’ en een ‘planologische’ vergunning. De wet regelt voor welke bouwwerken en gebouwen een technische vergunning nodig is, en aan welke technische eisen deze moeten voldoen. Dit wordt door de gemeente beoordeeld.